Paragraaf Financiering

Algemeen

Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - Algemeen

De paragraaf financiering geeft inzicht in het financieringsbeleid. We gaan in op bestaand beleid, het risicobeheer, schatkistbankieren, de financieringsbehoefte, de ontwikkeling van de leningenportefeuille, de rente-toerekening, onze rentevisie, het EMU-saldo en de liquiditeitsplanning.

Bestaand beleid

Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - Bestaand beleid

In de Wet Financiering decentrale overheden (Wet Fido) zijn kaders gesteld voor een verantwoorde en prudente inrichting en uitvoering van de treasuryfunctie bij decentrale overheden. De Wet Fido verplicht onze gemeente tot het opstellen van twee instrumenten op het gebied van treasury; een treasurystatuut en een treasuryparagraaf. Het treasurystatuut is onderdeel van de Financiële verordening gemeente Nieuwkoop 2023. In het treasurystatuut is de beleidsmatige infrastructuur van de treasuryfunctie vastgelegd als uitgangspunten, doelstellingen, richtlijnen en limieten.

Risicobeheer

Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - Risicobeheer

Het risicobeheer is gericht op het beperken van financiële risico’s. In het treasurystatuut staan richtlijnen en limieten die de basis vormen voor alle transacties op dit gebied. Daarnaast geeft de Wet Fido normen voor het beperken van risico’s. De belangrijkste risicocategorie is het renterisico. De kasgeldlimiet en de renterisiconorm zijn belangrijke richtlijnen om renterisico’s te beperken. De kasgeldlimiet heeft betrekking op leningen met een rentetypische looptijd tot één jaar. De renterisiconorm heeft betrekking op leningen met een rentetypische looptijd langer dan één jaar. Het doel van deze normen van de Wet Fido is te voorkomen dat bij (her)financiering van de leningen bij (aanzienlijk) hogere rente grote verschillen optreden in de hoogte van de rente die onze gemeente moet betalen. De normen beperken de budgettaire risico's. Het niveau van de kasgeldlimiet is gelimiteerd op 8,5% van de begrote lasten. De renterisiconorm houdt in dat de jaarlijkse verplichte aflossingen en renteherzieningen niet meer dan 20% van het begrotingstotaal mogen bedragen. De norm is een evenwichtige opbouw van de leningen in de tijd.

 

Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet is het wettelijk maximum aan leningen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar. De kasgeldlimiet staat onze gemeente momenteel toe de financieringsbehoefte tot een bedrag van € 9.502 miljoen (2026) te dekken met kortlopende geldleningen. Zodra de verwachting is dat we deze limiet langer dan twee kwartalen overschrijden, moeten we een langlopende geldlening aantrekken. Het kasgeldlimiet is voor de jaren 2026-2029 als volgt te berekenen:

Kasgeldlimiet (x € 1.000) 2026 2027 2028 2029
1 Lasten primitieve begroting 97.541 88.666 85.132 87.458
2 Begrotingswijzigingen 0 0 0 0
3 Begrote lasten 97.541 88.666 85.132 87.458
4 Maximaal toegestane kasgeldlimiet (8,5%) 8.291 7.537 7.236 7.434
5 Gemiddeld saldo vlottende middelen 1.211 397 65 313
Overschot t.o.v. kasgeldlimiet 9.502 7.934 7.301 7.747

 

Renterisiconorm
De renterisiconorm geeft het feitelijke renterisico weer op de langlopende geldleningen die we hebben aangetrokken. Jaarlijks mogen de renterisico’s van renteherziening en herfinanciering niet hoger zijn dan 20% van het begrotingstotaal. Voor de periode 2026-2029 is voor onze gemeente de volgende ruimte onder de risiconorm te berekenen:

 

Renterisiconorm (x € 1.000) 2026 2027 2028 2029
1 Renteherziening 0 0 0 0
2 Aflossingen 1.571 2.771 3.921 5.021
3 Renterisico (1 + 2) 1.571 2.771 3.921 5.021
4 Renterisiconorm (20% van begrotingstotaal) 19.508 17.733 17.026 17.492
Ruimte onder renterisiconorm (4 - 3) 17.937 14.962 13.105 12.471

 

Koersrisico
De doelstelling van het koersrisicobeheer is het beheersen van de risico's die voortvloeien uit de mogelijkheid dat de financiële activa van onze gemeente in waarde verminderen door negatieve koersontwikkelingen. Onze gemeente bezit de volgende aandelen:

 

Deelneming (x € 1.000) aantal aandelen Boekwaarde 1-1-2025
Alliander 673.371 48
Cyclus 40.303 282
BNG 36.348 75
Oasen 29 5
Totaal   410

 

Het risico dat de intrinsieke waarde van de aandelenportefeuille daalt tot onder de boekwaarde is verwaarloosbaar klein.

 

Liquiditeitsrisico
De doelstelling van het intern liquiditeitsbeheer is het beheersen van de risico's van mogelijke wijzigingen in de liquiditeitsplanning en meerjareninvesteringsplanning, waardoor de financieringskosten hoger kunnen uitvallen. Onze gemeente beschikt over een meerjarige liquiditeitsplanning.

We werken met een jaarplanning van de liquide middelen, waarbij we per maand een prognose afgegeven.

 

Kredietrisico/debiteurenrisico
De doelstelling van het kredietrisicobeheer is het beheersen van de risico's die voortvloeien uit de mogelijkheid van een waardedaling van de vorderingspositie. Het niet tijdig nakomen van de verplichtingen van de tegenpartij kan gebeuren door insolventie of deficit (niet in staat om schulden af te betalen). Onze gemeente heeft zich garant gesteld voor diverse geldleningen van derden.


Per 1-1-2026 is de situatie als volgt:

 

Risico op borgstellingen (x € 1.000) 1-1-2026
a Totale volume van in borgstelling betrokken geldleningen 86.115
b Borgstelling gemeente Nieuwkoop 45.114
Percentage (a / b) 52%

 

Het totale bedrag van de garantstellingen  die onze gemeente heeft verleend, is aanzienlijk. De grootste borgstelling is afgegeven voor leningen aan woningbouwverenigingen ad € 82 miljoen. Hiervan staat onze gemeente garant voor 50%. Het betreft een tertiaire zekerheidstelling (achtervang na WSW), waardoor het risico voor onze gemeente gering is. Het saldo van de door onze gemeente verstrekte geldleningen is per 1-1-2026 als volgt:

 

Kredietrisico op verstrekte gelden (x € 1.000) 1-1-2026
a Geldleningen ten behoeve van woningbouw 0
b Alliander reverse converteerbare aandeelhouderslening 2.976
c Overige geldleningen 1.271
Totale volume van verstrekte geldleningen (a + b + c) 4.247

 

De grootste posten van de overige geldleningen zijn de leningen die verstrekt zijn aan sportverenigingen en aan starters in het kader van huisvesting (€ 1.271.000). 

De relatief kleine leningen aan sportverenigingen vormen samen met de leningen aan starters een risico dat de lening niet wordt afgelost en/of de verschuldigde rente niet wordt betaald.

Schatkistbankieren

Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - Schatkistbankieren

Voor decentrale overheden betekent schatkistbankieren dat zij hun overtollige liquide middelen niet mogen aanhouden bij banken, maar in de schatkist bij het ministerie van Financiën. Gelden tot het drempelbedrag mogen buiten de schatkist worden gehouden. Dit drempelbedrag bedraagt 2% van het begrotingstotaal voor openbare lichamen met een begrotingstotaal kleiner dan € 500 miljoen met een minimum van € 1 miljoen. Dit minimumbedrag van € 1 miljoen is op onze gemeente van toepassing.  Op dit moment (zomer 2025) ligt de dagelijks fluctuerende rentevergoeding op ongeveer 1,25%.

Financieringsbehoefte

Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - Financieringsbehoefte

Per 1 januari 2026 spreken we van een financieringsoverschot van € 1.211.000. Dit is het verschil tussen enerzijds de beschikbare vaste financieringsmiddelen, die bestaan uit de opgenomen geldleningen, het eigen vermogen en de voorzieningen (totaal € 148 miljoen), en anderzijds de boekwaarde van de investeringen en de grondexploitaties (totaal € 147 miljoen). De oorzaak hiervan is het verschuiven van een groot aantal investeringen in de tijd. De planningen hiervan zijn achterhaald door onder meer gebrek aan interne capaciteit en gebrek aan capaciteit in de markt. 

In de afgelopen jaren was de korte rente lager dan de lange rente; voor kort geld was de rente regelmatig zelfs negatief. Om die reden dekken we de financieringsbehoefte tot het bedrag van de kasgeldlimiet zoveel mogelijk met kortlopende leningen. 

Recentere ontwikkelingen op de geld- en kapitaalmarkt maken het uitgangspunt om de financieringsbehoefte tot het maximum van de toegestane kasgeldlimiet met kortlopende leningen te dekken echter minder vanzelfsprekend. Op dit moment (zomer 2025) lopen de rentetarieven voor kortlopende en langlopende leningen niet ver uiteen. We blijven de marktontwikkelingen volgen om de financieringskosten zo laag mogelijk te houden.

 

Financieringsbehoefte (x € 1.000)
2026
2027
2028
2029
Vaste financieringsmiddelen:
Reserves
73.814
72.673
71.241
70.535
Voorzieningen
25.718
24.806
25.204
25.916
Opgenomen leningen
48.290
68.519
86.598
86.577
Totaal (a)
147.822
165.998
183.043
183.028
Te financieren
Vaste activa
156.801
169.409
178.565
178.033
Grondexploitaties
-10.190
-3.808
4.413
4.682
Totaal (b)
146.611
165.601
182.978
182.715
Financieringoverschot (a-b)
1.211
397
65
313

Leningenportefeuille

Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - Leningenportefeuille

Het volume van de leningenportefeuille stijgt naar verwachting van € 26 miljoen per begin 2026 naar € 87 miljoen per eind 2029 (zie onderstaande tabel leningenportefeuille). 

 

Leningportefeuille (x € 1.000) 2026 2027 2028 2029
Restantbedrag begin boekjaar 25.861

47.290

67.569 85.698
Aflossingen -1.571 -2.721 -3.921 -5.021
Op te nemen geldleningen 24.000 23.000 22.000 5.000
Restantbedrag einde boekjaar 48.290 68.519 86.598 86.577

 

De aflossingen zijn reguliere aflossingen. In de jaren 2026-2029 zijn geen renteherzieningen. De gemiddelde rente op de leningen bedraagt per 1-1-2026 0,93% en per 1-1-2029 1,44%. Op basis van de verwachte investeringsvolumes denken we in 2026, 2027, 2028 en 20289 in totaal € 74 miljoen aan langlopende leningen te moeten aantrekken tegen een rente die we inschatten op 2,65%.

Renteresultaat en wijze van toerekening

Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - Renteresultaat en wijze van toerekening

Het verschil tussen de financieringslasten en -baten (rente) enerzijds en de toerekening daarvan aan producten anderzijds vormt het renteresultaat. Voor 2026-2029 ziet dit er als volgt uit:

Rente toerekening (x € 1.000) 2026 2027 2028 2029
Externe rentelasten        
a Over lange externe financiering 238 215 193 172
a Over korte externe financiering -32 -11 -2 -8
a Over toekomstige financiering 318 941 1.537 1.895
b De externe rentebaten -5 -5 -5 -5
Totaal door te rekenen rente (a + b)

519

1.140 1.723 2.053
         
c De rente die aan grondexploitaties moet worden doorberekend 28 10 -12 -13
c De rente van projectfinanciering die aan het betreffende taakveld moet worden doorberekend 0 0 0 0
Saldo door te rekenen externe rente (a + b + c) 546 1.151 1.711 2.041
         
d Rente over eigen vermogen 0 0 0 0
d Rente over voorzieningen (gewaardeerd op contante waarde) 0 0 0 0
De aan taakvelden toe te rekenen rente (a + b + c + d) 546 1.151 1.711 2.041
         
e De werkelijk aan taakvelden toegerekende rente 0 0 0 0
Renteresultaat op het taakveld treasury 546 1.151 1.711 2.041

Rentevisie

Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - Rentevisie

Renterisico’s bij het aantrekken en uitzetten van gelden beperken we door de overeen te komen rentepercentages bij deze transacties te baseren op een rentevisie. In tegenstelling tot een aantal jaren geleden is er medio 2025 geen sprake meer van negatieve korte rente.

Daardoor is het aanvankelijke uitgangspunt 'eerst de financieringsbehoefte te dekken via de kasgeldlimiet en vervolgens via langlopend geld' minder vanzelfsprekend geworden. In deze begroting zijn de gehanteerde rentepercentages voor kort en lang geld voorlopig gelijk gehouden op 2,65%, met als doel de financieringskosten zo laag mogelijk te houden, rekening houdend met het risicoprofiel. Deze benadering biedt flexibiliteit in een markt waar renteverwachtingen in beweging zijn en zowel korte als lange looptijden onder milde neerwaartse druk staan.

EMU - saldo

Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - EMU - saldo

Het EMU-saldo is het financieringssaldo van de totale Nederlandse overheid. Overschrijdt het EMU-tekort in enig jaar de 3% van het BBP (Bruto Binnenlands Product) dan is een euro-land verplicht maatregelen te nemen om het tekort terug te dringen. Om inzicht te krijgen in de ontwikkeling van het EMU-saldo moeten gemeenten in de begroting een prognose opnemen van het EMU-saldo van de eigen gemeente. Dit EMU-saldo wordt berekend op kasbasis. Omdat we de gemeentelijke begroting opstellen op basis van het stelsel van lasten en baten moeten we het begrotingssaldo van de gemeente omzetten naar het begrotingsresultaat op kasbasis. 

 

EMU-saldo (x € 1.000) Realisatie 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028 Begroting 2029
1 Exploitatiesaldo vóór toevoeging c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c) -7.339

-3.482

-342 1.116 1.410 731
2 Mutatie (im)materiële vaste activa 9.270 4.955 25.035 11.772 8.509 -532
3 Mutatie voorzieningen 28.719 -134 543 912 -398 -712
4 Mutatie voorraden (incl. bouwgronden in exploitatie) -5.526 -837 -4.341 6.382 8.221 269
5 Verwachte boekwinst/verlies bij verkoop van financiële vaste activa en (im)materiële vaste activa, alsmede de afwaardering van financiële vaste activa 0 0 0 0 0 0
Berekend EMU-saldo 17.636 -7.734 -20.493 -16.126 -15.718 282

 

Het geprognosticeerde EMU-saldo over 2026 van onze gemeente is negatief. Dit verhoogt het landelijk EMU-tekort.

Liquiditeitsprognose

Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - Liquiditeitsprognose
Liquiditeitsplanning 2026 t/m 2029
(Alle bedragen x € 1.000)
2026
2027
2028
2029
Beginsaldo 1-1
11.463
13.160
16.679
18.576
Ingaande kasstroom
Algemene uitkering
53.144
53.078
51.944
52.547
Rijksvergoedingen soc.zaken
7.669
5.269
5.269
5.269
Belastingen en heffingen
20.918
20.918
20.918
20.918
Grondexploitatie, verkopen
11.090
1.173
-
-
Grondexploitatie, subsidie/bijdr.
109
109
109
109
Overige facturen
4.435
4.235
4.586
3.225
Winstuitkering
480
480
480
480
Opgenomen lening
24.000
23.000
22.000
5.000
Totaal inkomsten
121.845
108.262
105.306
87.548
Uitgaande kasstroom
Salarissen
25.734
25.734
25.734
25.734
Grondexploitatie, aankopen
-
-
-
-
Grondexpl., overige uitgaven
2.392
2.016
220
2.361
Aflossing/rente leningen (lang)
1.571
2.771
3.921
5.021
Overige uitgaven
69.814
57.187
59.764
59.331
Investeringsplan
20.637
17.035
13.770
4.710
Totaal uitgaven
120.148
104.743
103.409
97.157
Geprognostiseerd eindsaldo 31-12
13.160
16.679
18.576
8.967