Paragraaf Lokale heffingen

Algemeen

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Algemeen

De paragraaf lokale heffingen bestaat uit de volgende onderdelen: 

  1. Inkomsten uit lokale heffingen
  2. Beleid ten aanzien van lokale heffingen
  3. Kostendekkendheid
  4. Lokale lastendruk
  5. Kwijtscheldingsbeleid 

We kiezen ervoor niet alle belastingen te heffen die van rechtswege geheven mogen worden. In de tabel hieronder geven we weer welke belastingen we wel en niet heffen.

In Nieuwkoop geheven belastingen
Wel
Niet
Onroerende zaakbelastingen
X
Belasting op roerende woon- en bedrijfsruimten
X
Afvalstoffenheffing
X
Rioolheffing
X
Forensenbelasting
X
Leges
X
Verblijfsbelasting
X
Precariobelasting
X
Baatbelasting
X
Niet-ingezetenen belasting
X
Parkeerbelasting
X
Hondenbelasting
X
Reclamebelasting
X

Inkomsten

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Inkomsten

Het volgende overzicht geeft een totaalbeeld van de begrote opbrengsten belastingen en leges uit lokale heffingen in 2026, gespecificeerd per belastingsoort.

Omschrijving
Geraamd 2026 (x € 1.000,--)
% van het totaal
OZB Eigenaren woningen:
-6.692
31,6%
OZB Eigenaren niet-woningen:
-2.666
12,6%
OZB Gebruikers niet-woningen:
-1.817
8,6%
RZB Roerende Zaakbelasting
-27
0,1%
Totaal OZB/RZB
-11.202
52,9%
Rioolheffing
-3.156
14,9%
Afvalstoffenheffing
-4.321
20,4%
Totaal overige woonlastennota
-7.477
35,3%
Verblijfsbelasting
-102
0,5%
Forensenbelasting
-118
0,6%
Totaal overige belastingen
-220
1,0%
Bouwleges
-862
4,1%
Wijziging bestemmingsplannen
-62
0,3%
Leges burgerzaken
-396
1,9%
Begraafplaatsrechten
-266
1,3%
Marktgelden en standplaatsvergoedingen
-43
0,2%
Leges kabels en leidingen
-551
2,6%
Leges overig
-11
0,1%
Vaarvergunningen
-76
0,4%
Totaal overige publiekrechtelijke heffingen
-2.267
10,7%
Totaal inkomsten
-21.166
100,0%

Beleid

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Beleid

Algemeen

Uitgangspunten voor belastingen zijn:

  • Belastingtarieven worden met niet meer dan het inflatiepercentage verhoogd.
  • Belastingtarieven waar individuele producten en diensten tegenover staan zijn niet hoger dan kostendekkend.

Verblijfsbelasting

Het college verstrekte in het collegeprogramma 2022 – 2026 de opdracht om te onderzoeken of er andere inkomstenbronnen mogelijk zijn om een financieel gezonde gemeente te blijven. Na onderzoek is in dit licht door de gemeenteraad besloten om verblijfsbelasting te heffen vanaf 1 april 2025 over iedere overnachting tegen betaling door een niet-inwoner van onze gemeente. De verblijfsaanbieder is daarbij belastingplichtig. De intentie is om de opbrengst van deze heffing te gebruiken om voorzieningen op peil te houden die gerelateerd zijn aan de sector, zoals de continuïteit van Nieuwkoop Marketing, onderhoud van fiets- en wandelpaden, bewegwijzering etc. Het is echter geen baatbelasting,  de gemeenteraad bepaalt in hoeverre de opbrengsten uit deze heffing terugvloeien naar de sector. Met de invoering van de verblijfsbelasting per 1 april 2025 verwachten wij een groot deel van de kosten die verband houden met toeristische en recreatieve doeleinden te dekken.

Onroerendezaakbelasting

De begroting van de onroerendezaakbelasting (OZB) gaat niet uit van een tarief, maar van een opbrengst. De uitwerking van de begrote opbrengst in een tarief volgt bij de jaarlijkse vaststelling van de belastingverordeningen en -tarieven. De gedachte hierachter is dat de totale OZB-opbrengst niet mag veranderen als gevolg van waardefluctuaties op de onroerendgoedmarkt (WOZ-waarde). Algemeen uitgangspunt is een jaarlijkse indexering van de OZB-opbrengst met het inflatiepercentage (voor 2026: 2,1%).

Roerende zaakbelasting

Wettelijk is bepaald dat de tarieven van de roerende zaakbelasting (RZB) gelijk moeten zijn aan die van de OZB. Voor de RZB tarieven geldt dan ook hetzelfde als voor de OZB tarieven.

Rioolheffing

Conform het algemene uitgangspunt stijgt de rioolheffing in 2026 met de inflatie (2,1%). 
Bij de rioolheffing wordt uitgegaan van een voorlopig tarief. Dit voorlopige tarief is gebaseerd op de huidige inzichten in de kosten voor beheer en onderhoud van het riool. De definitieve hoogte kan nog afwijken, omdat de gemeenteraad binnenkort besluit over het nieuwe Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP). In dit plan wordt vastgelegd welke werkzaamheden en investeringen de komende jaren nodig zijn voor de riolering, en dat kan invloed hebben op de uiteindelijke hoogte van de rioolheffing.

Afvalstoffenheffing

Conform het algemene uitgangspunt stijgt de afvalstoffenheffing in 2026 met de inflatie (2,1%).

Forensenbelasting

Conform het algemene uitgangspunt stijgt de forensenbelasting in 2026 met de inflatie (2,1%).

Leges

Algemeen uitgangspunt bij de leges is de jaarlijkse indexering met het inflatiepercentage (2,1%). Uitzonderingen hierop zijn leges die gebonden zijn aan wettelijke tarieven en leges waarvoor uitdrukkelijk voor een ander beleid is gekozen.

Kostendekkendheid

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Kostendekkendheid
Kostendekkendheid van de rioolheffing
Nr.
Omschrijving
Begroting 2026
1
Kosten aanleg, onderhoud en beheer gemeentelijke riolering
2.628
2
Toerekenbare BTW
316
3
Kosten van overhead
653
4
Toerekening rente
120
5
Perceptiekosten (heffing en invordering door SVHW)
26
6
Totaal kosten
3.743
7
Opbrengsten belastingen / leges
-3.156
8
Overige opbrengsten
-550
9
Totaal opbrengsten
-3.706
10
Verschil
37
11
Kostendekkendheid
99%
Kostendekkendheid van de afvalstoffenheffing
Nr.
Omschrijving
Begroting 2026
1
Kosten van inzameling en verwerking van afval
3.739
2
Toerekenbare BTW
525
3
Kosten van overhead
327
4
Toerekening rente
4
5
Perceptiekosten (heffing en invordering door SVHW)
49
6
Totaal kosten
4.644
7
Opbrengsten belastingen / leges
-4.321
8
Overige opbrengsten
-310
9
Totaal opbrengsten
-4.631
10
Verschil
13
11
Kostendekkendheid
100%
Kostendekkendheid van de begraafrechten
Nr.
Omschrijving
Begroting 2026
1
Kosten taakveld begravingen
246
2
Kosten van overhead
129
3
Toerekening rente
0
4
Perceptiekosten (heffing en invordering door SVHW)
0
5
Totaal kosten
375
6
Opbrengsten belastingen / leges
-266
7
Overige opbrengsten
0
8
Totaal opbrengsten
-266
9
Verschil
109
10
Kostendekkendheid
71%
Kostendekkendheid van de Leges onder Titel 1: persoons- en reisdocumenten en commerciële vergunningen
Nr.
Omschrijving
Begroting 2026
1
Kosten van de dienstverlening gericht op:
1.897
1.1. burgerlijke stand
1.2. reisdocumenten
1.3. rijbewijzen
1.4. verstrekkingen uit de Basisregistratie Personen
1.5. verstrekkingen uit het Kiezersregister
1.6. verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens
1.7. bestuursstukken
1.8. vastgoedinformatie
1.9. overige publiekszaken
1.10. gemeentearchief
1.11. huisvestingswet
1.12. leegstandwet
1.13. gemeentegaranties
1.14. marktstandplaatsen
1.15. winkeltijdenwet
1.16. kansspelen
1.17. kinderopvang
1.18. telecommunicatie, kabels en leidingen
1.19. verkeer en vervoer
1.20. diversen
2
Kosten van overhead
634
3
Toerekening rente
0
4
Perceptiekosten (heffing en invordering door SVHW)
0
5
Totaal kosten
2.531
6
Opbrengsten belastingen / leges
-972
7
Overige opbrengsten
-500
8
Totaal opbrengsten
-1.472
9
Verschil
1.059
10
Kostendekkendheid
58%
Kostendekkendheid van de Leges onder titel 2: omgevingsvergunningen
Nr.
Omschrijving
Begroting 2026
1
Kosten taakvelden titel 2
1.109
2
Kosten van overhead
650
3
Toerekening rente
0
4
Perceptiekosten (heffing en invordering door SVHW)
0
5
Totaal kosten
1.759
6
Opbrengsten belastingen / leges
-862
7
Overige opbrengsten
-21
8
Totaal opbrengsten
-883
9
Verschil
876
10
Kostendekkendheid
50%
Kostendekkendheid van de Leges onder titel 3: dienstverlening Europese richtlijnen en APV
Nr.
Omschrijving
Begroting 2026
1
Kosten taakvelden titel 3:
4
3.1 horeca 3.2 evenementen of markten
3.3 prostitutiebedrijven
3.4 smart-, head-, of growshops
3.5 huisvestingwet 2014
3.6 leefmilieuverordening
3.7 brandbeveiligingsverordening
3.8 standplaatsen en gebruik van de (openbare) weg
3.9 in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking
3.10 diversen
2
Kosten van overhead
86
3
Toerekening rente
0
4
Perceptiekosten (heffing en invordering door SVHW)
0
5
Totaal kosten
90
6
Opbrengsten belastingen / leges
-11
7
Overige opbrengsten
0
8
Totaal opbrengsten
-11
9
Verschil
79
10
Kostendekkendheid
12%

Lokale lastendruk

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Lokale lastendruk

Algemeen
In de onderstaande tabel staat de ontwikkeling van de woonlasten voor een gemiddeld huishouden. Onder een gemiddeld huishouden verstaan wij het volgende:
de gemiddelde WOZ-waarde van een koopwoning stellen we op €  489.000 (bron: Atlas lokale lasten - COELO).


• een gemiddeld huishouden bestaat uit drie personen

2025
2026
OZB
589
601
Rioolheffing
236
241
Afvalstoffenheffing
370
378
Totale woonlasten
1.195
1.220
Wijzigingen t.o.v. 2025
2,1%
Regionale vergelijking woonlastendruk
In onderstaande tabel vergelijke we de woonlasten voor een gemiddeld huishouden in de gemeente Nieuwkoop met die van andere gemeenten in de Rijnstreek.
Tarieven 2025 van Nieuwkoop en omliggende gemeenten
Bedragen (x € 1.000,--)
Percentage OZB
Bedrag OZB
Afvalstoffenheffing
Rioolheffing
Gemiddelde waarde koopwoning
Totaal woonlasten
Alphen a/d Rijn
0,0856%
399
330
302
466.000
1.031
Kaag en Braassem
0,0892%
496
374
322
556.000
1.191
Nieuwkoop
0,1079%
589
370
236
546.000
1.195
Bodegraven- Reeuwijk
0,1242%
660
406
368
532.000
1.434
Gemiddeld
0,1017%
536
370
307
525.000
1.213
Bron: Atlas lokale lasten - COELO
Een gemiddeld huishouden bestaat uit drie personen.

Ontwikkeling van woonlasten

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Ontwikkeling van woonlasten

De genoemde tarieven zijn een inschatting, de exacte tariefsverhoging berekenen we later dit jaar bij de vaststelling van de belastingverordeningen.

Kwijtscheldingsbeleid

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Kwijtscheldingsbeleid

In de beleidsregels voor kwijtscheldingen van onze gemeente is onder andere geregeld dat: 

  • kwijtschelding van opgelegde heffingen kan worden verleend voor afvalstoffenheffing (regulier huishoudelijk afval) en rioolheffing;
  • in afwijking van artikel 16, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990, het percentage voor de berekening van de kosten van bestaan wordt vastgesteld op 100 procent;
  • kwijtschelding ook kan worden verleend aan natuurlijke personen die een bedrijf of zelfstandig beroep uitoefenen.

 

Verder is in de beleidsregels de mogelijkheid opgenomen voor automatische kwijtschelding. We laten de geautomatiseerde kwijtscheldingstoets uitvoeren door het Inlichtingenbureau, dat diverse bestanden met elkaar combineert. Met de toets is eenvoudig vast te stellen of iemands inkomen en vermogen zijn veranderd ten opzichte van het voorgaande jaar. Nemen we geen verandering waar, dan kunnen we direct opnieuw kwijtschelding verlenen. De inwoner hoeft dan niet zelf opnieuw kwijtschelding aan te vragen, vandaar de term 'automatische kwijtschelding'. 

 

De uitvoering van het kwijtscheldingsbeleid is uitbesteed aan het SVHW en maakt onderdeel uit van de dienstverleningsovereenkomst (DVO). In de begroting 2026 houden we rekening met € 117.415.